ALS en autorijden

Laatste update:
27 januari 2025
Leestijd: 15 Minuten
Auteur:
Esther Reitsema

ALS is een ernstige ziekte die u in het dagelijks leven erg kan beperken. Natuurlijk is het fijn om zo mobiel mogelijk te blijven. Maar dat moet wel veilig zijn. Er zijn daarom extra regels over autorijden voor mensen met een spierziekte. We vertellen u alles wat u moet weten over ALS en autorijden.

Wat is ALS?

ALS staat voor Amyotrofische Laterale Sclerose. Het is een ernstige spierziekte waarbij de zenuwen die uw spieren aansturen worden aangetast. Daardoor vallen steeds meer spieren uit. Dit zorgt voor allerlei problemen met bewegen. Uiteindelijk resulteert het in verlamming. 

ALS is een zeldzame ziekte. In Nederland krijgen elk jaar zo’n 500 mensen de aandoening. Het komt iets vaker voor bij mannen dan bij vrouwen. Meestal ontstaat het bij mensen tussen de 40 en 60 jaar. 

Symptomen

Symptomen aan het begin van ALS zijn vaak niet heel duidelijk of ernstig. Er wordt daarom onderscheid gemaakt in vroege symptomen en latere symptomen:

  • Vroege symptomen:
    • Pijnlijke kramp in spieren zoals de handen, armen, nek en tong (vooral ‘s nachts)
    • Zichtbare kleine trillingen van spieren onder de huid
    • Onhandigheid
    • Onduidelijk praten
    • Moeite met kleine bewegingen (bijvoorbeeld veters strikken of knoopjes dichtmaken)
  • Latere symptomen:
    • Moeite met opstaan, lopen en draaien
    • Moeite met praten, slikken en kauwen
    • Moeite met ademhalen
    • Moeite met bewegen van handen, armen of benen
    • Hangend hoofd door zwakker wordende nekspieren

Kenmerkend voor ALS is dat de symptomen steeds erger worden.

Oorzaken

Er is niet één duidelijke oorzaak aan te wijzen voor het ontstaan van ALS. Meestal is het een combinatie van verschillende factoren, zoals leefstijl en blootstelling aan schadelijke stoffen. In ongeveer 10 procent van de gevallen is de ziekte erfelijk. 

Gevolgen

ALS is een progressieve ziekte. Dat betekent dat de klachten in de loop van de tijd steeds erger worden. De ontwikkeling kan per patiënt wel erg verschillen. Na de diagnose leven mensen met ALS gemiddeld nog 3 tot 5 jaar. Er zijn gevolgen op veel verschillende gebieden:

  • Uzelf verplaatsen: door het uitvallen van allerlei spieren wordt het steeds lastiger om uzelf te verplaatsen. Autorijden, fietsen en lopen gaat steeds moeizamer. 
  • Uzelf verzorgen: door de problemen met bewegen wordt het ook moeilijker om voor uzelf te zorgen. Vanzelfsprekende handelingen als tandenpoetsen, douchen en aan- en uitkleden kosten steeds meer moeite. 
  • Omgaan met anderen: door ALS kunt u steeds minder goed praten. Dit maakt het lastiger om sociale contacten te onderhouden.
  • Andere dagelijkse activiteiten: ook andere dagelijkse activiteiten zoals werken, sporten en het doen van hobby’s kosten bij ALS steeds meer moeite. 
  • Mentale gezondheid: door ALS kunt u steeds minder goed meedoen aan de wereld. Dat kan mentaal erg zwaar zijn. U kunt u zich hierdoor eenzaam, angstig, onzeker boos of somber voelen. 

Behandeling

Helaas is er nog geen behandeling beschikbaar die ALS geneest. Soms kunnen bepaalde medicijnen de ziekte met ongeveer 3 maanden remmen. 

Er zijn wel behandelmethoden die het leven met ALS iets prettiger kunnen maken. Er zijn speciale ALS-behandelteams die bestaan uit verschillende behandelaars. Denk aan een revalidatiearts, een logopedist, een fysiotherapeut, een ergotherapeut, een diëtist, een psycholoog en een maatschappelijk werker. Deze behandelaars zorgen er samen voor dat u zo lang mogelijk dagelijkse dingen kunt blijven doen. 

ALS en autorijden

ALS is een progressieve ziekte, wat betekent dat de klachten steeds erger worden. In het begin zult u nog niet veel van de aandoening merken. U bent wat onhandiger, maar de ziekte beïnvloedt u verder nog niet erg in het dagelijks leven. Autorijden gaat in het begin daarom meestal ook nog prima. Maar na verloop kan ALS uw rijvaardigheid negatief beïnvloeden. Daarom gelden er extra regels voor autorijden. 

Melding maken bij het CBR 

Welke regels voor u gelden, is afhankelijk van uw persoonlijke situatie. We bespreken 3 situaties: 

  • Ik heb ALS en ik ga rijexamen doen
  • Ik heb al een rijbewijs en ik heb de diagnose ALS gekregen
  • Ik heb al een rijbewijs en mijn ALS-klachten worden plotseling erger

Ik heb ALS en ik ga rijexamen doen

Iedereen die rijexamen wil doen, moet een Gezondheidsverklaring van het CBR invullen. Hierin beantwoordt u een aantal vragen over uw gezondheid. Als u ALS heeft, vult u dat in op de verklaring. Het CBR gaat dan onderzoeken of u ondanks uw ziekte veilig kan rijden. 

Ik heb al een rijbewijs en ik heb de diagnose ALS gekregen

Heeft u al een rijbewijs en heeft u onlangs de diagnose ALS gekregen? Bespreek dan met uw arts wat dit betekent voor autorijden. Hij of zij kan inschatten of het nodig is om een Gezondheidsverklaring in te vullen. 

Ik heb al een rijbewijs en mijn ALS-klachten worden plotseling erger

Heeft u al langer ALS, heeft u een geldig rijbewijs en worden uw ALS-klachten plotseling erger? Dan kunt u het beste meteen uw arts raadplegen. Meestal zal uw arts adviseren om een Gezondheidsverklaring in te vullen, ook als u onlangs nog bent gekeurd. Als uw klachten ernstig zijn, kan uw arts u ook adviseren om tijdelijk te stoppen met rijden. 

Goed om te weten is dat het niet verplicht is om een Gezondheidsverklaring in te vullen als u al een geldig rijbewijs heeft. 

Onderzoek

Als u op de Gezondheidsverklaring heeft ingevuld dat u ALS heeft, gaat het CBR onderzoek doen naar uw rijgeschiktheid. U wordt dan uitgenodigd voor een medische keuring rijbewijs of een bezoek aan een neuroloog. De keuringsarts of neuroloog voert een medisch onderzoek bij u uit. De arts kijkt hierbij naar mogelijke beperkingen voor het autorijden. 

Soms heeft het CBR naar aanleiding van het rapport van de keuringsarts of neuroloog nog meer informatie nodig. U wordt dan uitgenodigd voor een rijtest. U gaat dan een stukje rijden samen met een deskundige van het CBR. Tijdens de rit controleert de deskundige of uw ziekte u niet belemmert tijdens het autorijden. 

Uitslag 

Als het CBR alle benodigde informatie binnen heeft, wordt er een besluit genomen over uw rijgeschiktheid. Dit zijn mogelijke uitslagen:

  • U bent rijgeschikt: ALS heeft (nu nog) nauwelijks tot geen invloed op uw rijvaardigheid. U krijgt een rijbewijs met een geldigheidsduur van 5 jaar. Bij het verlengen van uw rijbewijs moet u opnieuw gekeurd worden. 
  • U bent niet rijgeschikt: door de gevolgen van ALS kunt u niet (meer) veilig rijden. U kunt geen rijbewijs aanvragen. Als u al een rijbewijs had, wordt deze ongeldig verklaard. 
  • U bent rijgeschikt voor een bepaalde tijd: u kunt voorlopig (blijven) autorijden, maar het CBR vindt het wel noodzakelijk dat u regelmatig opnieuw gekeurd wordt. Daarom krijgt u een rijbewijs met een geldigheidsduur van 3 jaar of 1 jaar. Bij het verlengen van uw rijbewijs moet u opnieuw gekeurd worden. 
  • U bent rijgeschikt onder voorwaarden: u kunt (blijven) autorijden, mits u aan bepaalde voorwaarden voldoet. Bijvoorbeeld dat u aanpassingen doet aan uw auto. Het CBR vertelt u aan welke voorwaarden u precies moet voldoen. 

Het reguliere rijbewijs heeft een onbeperkte geldigheidsduur en moet na 10 jaar verlengd worden. Als u bij het CBR aangeeft dat u ALS heeft, zal u altijd een rijbewijs met een geldigheidsduur van maximaal 5 jaar krijgen. Dit komt doordat ALS een progressieve ziekte is, wat betekent dat de klachten steeds ernstiger worden. Daarmee kan ook autorijden steeds lastiger worden. Daarom is het belangrijk dat mensen met ALS regelmatig gekeurd worden. 

phone
Hoe kan ALS autorijden beïnvloeden?
Bij ALS vallen er allerlei spieren uit. Daardoor wordt het steeds lastiger om te bewegen. Op een gegeven moment zijn ook simpele bewegingen als gas geven of remmen niet meer uitvoerbaar. Daardoor is zelfstandig autorijden bij ALS na enige tijd meestal niet meer verantwoord.
phone
Wat zijn ALS symptomen?
ALS symptomen zijn te verdelen in vroege symptomen en latere symptomen. Vroege symptomen zijn bijvoorbeeld kramp en onhandigheid in bewegen en praten. Deze kenmerken zijn niet altijd heel duidelijk aanwezig. Latere symptomen zijn bijvoorbeeld problemen met bewegen, eten, slikken en ademhalen.
Auteur informatie
Esther Reitsema
Communicatiespecialist
Dit artikel is gepubliceerd op 1 april 2025 en is het laatst aangepast op 27 januari 2025.